Aanvragen second opinion UWV
Deskundigenoordeel UWV
Wanneer een werknemer arbeidsongeschikt is, maar de werkgever en de werknemer kunnen zich niet vinden in het advies van de bedrijfsarts, of zijn het niet eens over de wijze van re-integratie of de mate van arbeidsongeschiktheid van de werknemer, dan is het mogelijk om een deskundigenoordeel te vragen bij het UWV. Dit deskundigenoordeel van het UWV is niet bindend voor de werkgever of de werknemer.
Ook de rechter is niet gebonden aan het deskundigenoordeel van het UWV. De werkgever kan er voor kiezen om het oordeel van de bedrijfsarts te laten prevaleren. Rechters hechten echter meer waarde aan het deskundigenoordeel van het UWV dan aan het advies van de bedrijfsarts, omdat het doel van het aanvragen van een deskundigenoordeel is het verkrijgen van onafhankelijk en onpartijdig advies. De werkgever mag dit niet zomaar buiten beschouwing laten van de rechter.
Mocht er echter sprake zijn van bijzondere omstandigheden dan kunnen rechters er voor kiezen om af te wijken van de hoofdregel om niet aanstonds het deskundigenoordeel van het UWV over te nemen, maar het oordeel van de bedrijfsarts te volgen. Bijvoorbeeld als de UWV verzekeringsarts de werknemer niet in persoon heeft gezien of wanneer het oordeel van de verzekeringsarts veel tijd na het geschil tot stand is gekomen.
Ook omstandigheden als dat de verzekeringsarts geen informatie heeft opgevraagd bij de behandelend arts van de werknemer, of dat de verzekeringsarts de werkgever niet heeft gehoord (hoor en wederhoor), kunnen de rechtbank doen besluiten om de voorkeur aan het oordeel van de bedrijfsarts te geven.
Aanvragen second opinion UWV
Het aanvragen van een second opinion door werkgever of werknemer en binnen welk tijdsverloop deze aanvraag is gedaan, zijn voor de rechter eveneens factoren die wordt meegewogen. Recentelijk is het zelfs voorgekomen dat de rechter zowel het advies van de bedrijfsarts en het eensluidend deskundigenoordeel van het UWV naast zich neer legt.
Dit vanwege het feit dat de adviezen niet op de juiste wijze tot stand zijn gekomen of het oordeel van de bedrijfsarts en het UWV te oud is. In dit geval was er door de werkgever een loonstop aan de werknemer opgelegd op basis van de bevindingen van de bedrijfsarts en het UWV, doch de rechtbank stak hier (gedeeltelijk) een stokje voor.
Doorlooptijd re-integratie
Gelet op het vorenstaande, is het voor de werkgever van belang om de doorlooptijd van de re-integratie in de gaten te houden en contact te onderhouden met de werknemer en de bedrijfsarts. Als werkgever dient u erop toe te zien dat de werknemer en de bedrijfsarts elkaar vaak zien. En wacht niet te lang met het aanvragen van een deskundigenoordeel bij het UWV, als het oordeel van de bedrijfsarts daartoe aanleiding geeft.
Uiteraard kan ook de werknemer een second opinion bij het UWV vragen wanneer hij de bevindingen van de bedrijfsarts niet onderschrijft. Als werknemer loopt u het risico dat u uw recht op loon verspeelt, wanneer vertraging in re-integratie aan de werknemer is te wijten. Bent u het als werknemer niet eens met het deskundigenoordeel van het UWV en de kwestie komt voor de rechter, zorgt u dan voor medische verklaringen om uw ziektebeeld en uw arbeidsongeschiktheid voor de rechtbank aannemelijk te maken.
De kans is dan groot dat de rechter dit overneemt. U als werknemer dient in een gerechtelijke procedure in beginsel aan te tonen dat u niet in staat bent om arbeid te verrichten en dat u binnen uw mogelijkheden voldoende re-integratie heeft betracht.
Beschikt u niet over genoegzame medische verklaringen van uw behandeld artsen, dan is het raadzaam om contact op te nemen met een medisch expertisebureau, zoals www.expertisebalie.nl voor een gedegen rapport waaruit uw ziektebeeld voor de rechtbank eenduidig naar voren komt. De advocaten van UWV bezwaarburo kunnen u hierover adviseren.